Se connecter
ApothekersZorgverleners

Apothekers

3 maart 2022

Hartfalenpatiënten hebben nood aan een multidisciplinaire aanpak voor het instellen en opvolgen van de medicamenteuze en de niet-medicamenteuze behandeling. Als apotheker maak je deel uit van dit multidisciplinaire team die de zorg van onze hartfalenpatiënten meebepaalt.

Officina-Apotheker

Elke officina-apotheker kan de hartfalenpatiënt optimaal begeleiden op verschillende manieren.

1. Rol als huisapotheker

Voor patiënten met hartfalen is de huisapotheker erg belangrijk gezien hartfalenpatiënten een patiëntengroep is met hoge graad van polymedicatie en vaak lage therapietrouw. We stimuleren elke hartfalenpatiënt dan ook tot het kiezen en vastleggen van zijn huisapotheker.

2. Opvolging van de patiënt

3. Niet-medicamenteus advies.

Hieronder vindt u dit in detail terug.

1) Detectie van patiënten met hartfalen

Belangrijk :

  • Het herkennen van hartfalenpatiënten aan de hand van symptomen, gebruikte medicatie en het verhaal van de patiënt.
  • Het informeren van patiënten bij vermoeden (obv symptomen of klinische tekenen) van hartfalen en gericht verwijzen naar de arts voor verdere evaluatie.

2) Eerste uitgiftebegeleiding

Een beknopte eerste uitgiftebegeleiding waarin aandacht wordt gegeven aan o.a. onderstaande zaken, ter aanvulling/bevestiging van de uitleg die door de arts gegeven werd, nadat het voorschrift gecontroleerd werd.

Dit ter bevordering van therapietrouw.

  • Informatie over ziektebeeld: Wat is Hartfalen?
  • Wat doet uw medicatie?
  • Hoelang en hoe moet u uw medicatie innemen?
    • Duiding dat medicatie vaak levenslang is en dat deze niet plots mag gestaakt worden.
    • Duiding dat bij nieuwe diagnose van hartfalen verdere optitratie van dosissen volgt.

Te gebruiken geneesmiddelen en streefdosissen

StofnaamMerknaamStartdosisStreefdosis
ACE-inhibitor
CaptoprilCapoten6,25 mg 3x/dag12,5 mg 3x/dag25 mg 3x/dag50 mg 3x/dag
EnalaprilRenitec2,5 mg 2x/dag5 mg 2x/dag10 mg 2x/dag20 mg 2x/dag
LisinoprilZestril5 mg 1x/dag10 mg 1x/dag20 mg 1x/dag30 mg 1x/dag
RamiprilTritace1,25 mg 2x/dag2,5 mg 2x/dag5 mg 2x/dag
PerindoprilCoversyl2,5 mg 1x/dag5 mg 1x/dag 7.5 mg 1x/dag10 mg 1x/dag
ARB (sartaan)
CandesartanAtacand4-8 mg 1x/dag16 mg 1x/dag 16 mg 2x/dag
ValsartanDiovane40 mg 2x/dag80 mg 2x/dag 160 mg 2x/dag
LosartanCozaar, Loortan50 mg 1x/dag100 mg 1x/dag 150 mg 1x/dag
ARNI
Valsartan/ sacubitrilEntresto50 of 100 mg 2x/dag  200 mg 2x/dag
Bètablokker
BisoprololIsoten1.25-2,5 mg 1x/dag5 mg 1x/dag7,5 mg 1x/dag10 mg 1x/dag
CarvedilolKredex3,125 mg 2x/dag6,25 mg 2x/dag12,5 mg 2x/dag25 mg 2x/dag (eventueel 50 mg 2x/dag)
Metoprolol-succinaatSelozok25-50 mg 1x/dag100 mg 1x/dag150 mg 1x/dag200 mg 1x/dag
NebivololNobiten1,25 mg 1x/dag2,5 mg 2x/dag 10 mg 1x/dag
Aldosterone-blokker
SpironolactoneAldactone12,5-25 mg 1x/dag  25-50 mg 1x/dag
EplerenoneInspra, Eplerenone Mylan12,5-25 mg 1x/dag  50 mg 1x/dag
SGLT-2 inhibitor
DapagliflozineForxiga10 mg 1x/dag  10 mg 1x/dag
EmpagliflozineJardiance10 mg 1x/dag  10 mg 1x/dag
  • Voornaamste ongewenste effecten?

Duiding vindt u terug in onderstaande tabel

MedicatiegroepStofnaamBijwerkingen
ACE-remmerscaptopril, enalapril, lisinopril, ramipril, perindopril, quinaprilHoest (soms na meerdere weken van behandeling), hypotensie (innemen zittend of liggend, vooral bij opstart van behandeling; vermijd snel rechtstaan vanuit zit- of lighouding), verslechtering van de nierfunctie, hyperkaliëmie, rash en smaakstoornissen (vooral captopril), gastro-intestinale stoornissen (o.a. diarree), angioneurotisch oedeem
Bèta-blokkersbisoprolol, carvedilol, metoprololsuccinaat, nebivolol,Moeheid en verminderde inspanningscapaciteit, erectiestoornissen. Bij opstart: kans op verergering van hartfalen, bradycardie en hypotensie (optritratie nodig) Astma-aanval bij patiënten met een anamnese van bronchospasme. Koude extremiteiten, verergering van vaatspasmen (Raynaud). Centrale verschijnselen (o.a. slaapstoornissen, nachtmerries, depressie) Verergeren van een anafylactische reactie, en verminderd effect van adrenaline bij de aanpak ervan. Exacerbatie van psoriasis.
Angiotensine-II-receptorblokkers (sartanen)candesartan, valsartan, losartan, olmesartan, telmisartan, irbesartanZie ACE-inhitoren, hoest is zeldzamer Olmesartan: ook ernstige enteropathie
Kaliumsparende diuretica (aldosteron-receptor-antagonisten)spironolactone, eplerenoneHyperkaliëmie, endocriene stoornissen (gynaecomastie, amenorroe, impotentie)
Kaliumverliezende diureticabumetanide, furosemide, torasemide, chloortalidon, indapamideHypokaliëmie met zwaktegevoel, paresthesieën, spierkrampen vooral in de onderste ledematen, hyponatriëmie, magnesiumdeficiëntie.   Hyperuricemie (soms met jichtaanvallen). Erectiestoornissen
Koolzuuranhydrase-inhibitorenacetazolamideGastro-intestinale stoornissen, centrale effecten (agitatie, depressie, sedatie, paresthesieën) Metabole acidose en alkalinisatie van de urine, met mogelijk nierstenen.
Angiotensine-II-receptorblokker + neprilysine-inhibitorvalsartan + sacubitrilZie ACE-inhibitoren (uitz. hoest) Verhoogd risico op hypotensie en angio-oedeem
IvabradineivabradineBradycardie, eerstegraads atrioventriculair blok, ventrikelextrasystolen, voorkamerfibrillatie. Fosfenen (lichtflitsen), wazig zicht.
Digitalis-preparatendigoxineNausea, diarree en andere gastro-intestinale klachten. Ritme- en geleidingsstoornissen met verhoogd risico bij hypokaliëmie. Neurologische verschijnselen (o.a. verwardheid), visusstoornissen (o.a. gestoord kleurenzicht).
Cholesterol-verlagersstatines (atorvastatine, fluvastatine, pravastatine, rosuvastatine, simvastatine)Spieraantasting: myalgieën, myopathie, zelden leidend tot rhabdomyolyse en nierfalen.   Gastro-intestinale stoornissen, matige en vaak intermitterende stijging van de transaminasen, zelden hepatitis. Verhoogde incidentie van type 2-diabetes.
 fibraten (bezafibraat, ciprofibraat, fenofibraat)Gastro-intestinale stoornissen, leverafwijkingen, galsteenvorming, pancreatitis. Myalgieën.
 acipimoxWarmte-opwellingen, hoofdpijn, duizeligheid, jeuk, rash in het begin van de behandeling, gastro-intestinale stoornissen.
 ezetimibeHoofdpijn, gastro-intestinale stoornissen, stijging van de leverenzymen. Spieraantasting met zelden rhabdomyolyse
 PCSK9-inhibitoren (alirocumab, evolocumab)Reacties ter hoogte van de injectieplaats. Luchtweginfectie. Myalgie of artralgie (zeldzaam).
Nitratenisorbide dinitraat, nitroglycerineHoofdpijn (vooral in het begin van de behandeling), hypotensie
MolsidominemolsidomineHoofdpijn (vooral in het begin van de behandeling), hypotensie
Anti-aritmicaamiodaroneGastro-intestinale stoornissen (nausea, braken, dysgeusie), vooral in het begin van de behandeling. Levertoxiciteit: stijging van de transaminasen in het begin van de behandeling, zelden acute leveraantasting gaande tot leverinsufficiëntie. Schildklierproblemen. Fotosensibilisatie en huidpigmentatie. Corneaneerslag (reversibel en meestal asymptomatisch). Centrale effecten (extrapiramidale stoornissen, slaapstoornissen, nachtmerries). Longaantasting, polyneuropathie. QT-verlenging, maar zelden torsades de pointes, bradycardie.
Anticoagulantiavitamine K-antagonisten (acenocoumarol, fenprocoumon, warfarine)Bloedingen, verhoogde kans op blauwe plekken
 DOAC (apixaban, dabigatran, edoxaban, rivaroxaban)Bloedingen, verhoogde kans op blauwe plekken. Gastro-intestinale stoornissen.
AntiaggregantiaacetylsalicylzuurBloedingen. Lokaal etsend effect op de maagmucosa.
 thiënopyridines (clopidogrel, prasugrel, ticlopidine)Bloedingen
 reversibele P2Y12-receptorantagonisten (cangrelor, ticagrelor)Bloedingen, dyspneu. Hartgeleidingsstoornissen (met ventriculaire pauzes, vooral bij de start van de behandeling). Ticagrelor: ook hoofdpijn, hyperuricemie.
SGLT2 inhibitorendapagliflozine, empagliflozoneGenito-urinaire (schimmel)infecties Keto-acidose (zeldzaam) Polyurie, dysurie, dehydratie, hypotensie. Acute nierinsufficiëntie.
Cardiale amyloidose medicatietafamidisUrineweginfectie Vaginale infectie Diarree Pijn in de bovenbuik
  • Medicatieschema nodig ?

Inhoud :

- Benaming : Waarbij de thuismedicatie zoveel mogelijk op eigen naam behouden blijft. De nieuwe medicatie wordt dan vermeld op stofnaam (of stofnaam erbij zetten)

- Dosis/Posologie

- Tijdstip : Uren van inname

- Indicatie : Als de patiënt weet waarvoor de medicatie dient, kan dit de therapietrouw bevorderen

- Speciale instructies : Nuchter ? Bij de maaltijd ? Voor de maaltijd ? 8/12/16/20u

Vermeldt tevens de OTC-medicatie !

Registratie van de vrij verkrijgbare medicatie is van belang. Sommige patiënten creëren hun eigen apotheek thuis. De huisapotheker kan eventueel via het gedeeld farmaceutisch dossier mogelijke geneesmiddelgebonden problemen checken.

Bij voorkeur wordt een Vitalink medicatieschema aangemaakt zodat huisarts, officina-apotheek (huisapotheek) en thuisverpleging op de hoogte zijn van een up-to-date medicatieschema.

3) Therapietrouw

Een goede therapietrouw, zelfs al zijn er geen symptomen van het hartfalen, is van essentieel belang. De apotheker kan de therapietrouw bevorderen door de patiënt regelmatig te informeren, te motiveren en te reageren wanneer de patiënt zijn medicatie te laat of helemaal niet komt halen.

Therapietrouw kan verbeterd worden door de apotheker door:

  • Bij de eerste aflevering van de medicatie :
  1. De patiënt te informeren over het ziektebeeld en over belang van de behandeling
  2. Meegeven van schriftelijke en mondelinge informatie
  • Het opvolgen van de therapietrouw door :
  1. Bevragen van de patiënt over de therapietrouw bij elk apotheekbezoek, eventueel aan de hand van :

De MARS test = Medication Adherence Report Scale

De Medication Adherence Report Scale (MARS) is en meetinstrument voor therapietrouw
waarbij 5 stellingen met de patiënt overlopen worden. Door het optellen van de score krijgt
u een zicht op de therapietrouw: hoe hoger de score, ho beter de therapietrouw. Bij een
MARS-somscore van 21 of een score van 4 op elk individuel item wordt de patiènt als
therapietrouw beschouwd.

Altijd
(score = 1)
Vaak
(score = 2)
Soms
(score = 3)
Zelden
(score = 4)
Nooit
(score = 4)
Ik vergeet mijn medicijnen te nemen     
Ik wijzig de dosering van mijn
medicinen
     
Ik stop een tijdje met het innemen van min medicinen     
Ik beslis een inname over te slaan     
Ik neem minder dan voorgeschreven     

OK

2 praktische vragen :

  1. Wat doe je als je je pillen vergeten bent in te nemen?
  2. Hoe vaak gebeurde dit de laatste week tot 10 dagen?
  • Therapietrouw ook zelf op te volgen bij de patiënt via de medicatiehistoriek en te reageren bij niet of te laat afhalen van de medicatie.
  • Oplossingen te zoeken met de patiënt, wanneer deze moeilijkheden heeft met de therapietrouw door het samen zoeken naar de reden van de therapieontrouw.
Reden niet therapietrouwActie apotheker
 Foutief gebruik van medicatie - Vervolledigen en/of bijsturen: hoeveel, wanneer, inname i.f.v. maaltijd. - Verhelp praktische problemen: slikproblemen, delen/breken van retard vorm.   - Eventueel meegeven van schriftelijk informatie. - Opmaken van medicatieschema/ noteren posologie op medicatie.
 Noodzaak medicatie niet inzien ‘Ik heb toch geen last…’ ‘Het verbetert toch niet’ - Leg de rol van het geneesmiddel uit in de behandeling van de ziekte.  - Bespreek mogelijke gevolgen van niet-therapietrouw zijn.    - Bespreek de impact van de ziekte en de behandeling op de levenskwaliteit.  - Geef eventueel schriftelijke informatie mee.
 Angst voor bijwerkingen of voor het langetermijneffect van chronisch geneesmiddelengebruik - Luister naar patiënt zijn bezorgdheid  - Tracht de vooroordelen of misvattingen te ontkrachten.
 Te veel last van bijwerkingen Vervolledigen en/of bijsturen van de kennis. Als gevolg van een foute inname: Bv. geneesmiddel innemen in zittende of liggende houding, … Als gevolg van geneesmiddelen of niet adequate posologie: Arts raadplegen voor alternatief.
 Vergeten innemen - Uitleggen hoe om te gaan met vergeten/te laat genomen medicatie. - Inname linken aan routine (tanden poetsen, eten,…) - Partner/omgeving inlichten en laten herinneren. - Geneesmiddelen bewaren op goed zichtbare plaats. - Aanduiden op een kalender/smartphoneagenda/dagelijks SMS alarm instellen of een app gebruiken bv. Medapp, Medalert, MedCoach, Medisafe, Pil Herinnering, MyTherapy (FR). - Bij polyfarmacie: stel een medicatieschema op of stel een pillendoos/IMV voor. - Vereenvoudigen van dosisschema’s indien mogelijk.
 Geen medicatie meer in huis - Datum noteren op geneesmiddel. - Reserve in huis houden. - GSM instellen voor afspraak met arts. - Partner/omgeving inschakelen.  - Elektronische voorschrift op je smartphone raadplegen via apps als Voorschrift op zak, ApoConnect, EASYPharm, Mijn Farmad Apotheek of via websites als www.mijngezondheid.be, www.myhealthviewer.be.

4) Nevenwerkingen opvolgen

Informeren van de patiënt over de mogelijke ongewenste effecten.

Patiënt bevragen over eventuele ongewenste effecten van de behandeling.

Bij bijwerkingen doorverwijzen naar de huisarts/specialist.

Suggesties bij de 2 meest voorkomende nevenwerkingen vind je hieronder

A) HYPOTENSIE

  • Symptomen: Duizeligheid, orthostatische hypotensie
  • Correct innemen om symptomen te vermijden: innemen in zittende of liggende houding, niet te snel opstaan.
  • De invloed van hypotensie op rijvaardigheid duiden.
  • Hoelang kan de hypotensie optreden (vnl. in begin behandeling).
  • Indien blijvende last: doorverwijzen naar arts!

B) HYPERKALIEMIE

  • Symptomen: Hartritmestoornis (te traag, te snel of overslaan), paresthesie of tintelingen, spierzwakte, verwardheid
  • Bij symptomen: arts raadplegen!
  • Regelmatig controleren van kaliëmie en nierfunctie. Bepaalde risicopersonen : Patiënten met nierinsufficiëntie, bejaarden, personen met diabetes.
Afraden/Opvolgen gebruik hyperkaliëmerende GMACE-inhibitoren, sartanen en renine-inhibitoren, kaliumsparende diuretica, kaliumsupplementen, heparines, NSAIDS, drospirenon, trimethoprim, ciclosporine, tacrolimus
Afraden/ Opvolgen gebruik voeding met hoog K- gehalte− Vijgen, zeewier, chocolade, soep, koffie, zemelen en tarwekiemen, zalm.
− Bepaalde groenten (o.a. spinazie, tomaten, wortelen, champignons, broccoli, aardappelen (tenzij 2 keer gekookt))
− Bepaald fruit (o.a. kiwi, banaan, mango, avocado, meloen).
− Opgelet met bepaalde zoutvervangers!

5) Informeren van de patiënt van factoren die een acute decompensatie van stabiel hartfalen kunnen uitlokken.

  • Slecht nageleefd dieet: vooral belangrijk is teveel drinken of te hoge zoutinname!
  • Opstoot hoge bloeddruk
  • Alcoholmisbruik
  • Hoge koorts (systemische infectie of longinfectie bv. griep)
  • Stopzetten van de medicamenteuze behandeling.
  • Therapie-ontrouw
  • NSAID-gebruik (zie punt 6)

6) Opvolgen geneesmiddeleninteracties of OTC-medicatie.

Opvolgen en eventueel contacteren van de arts bij interacties of gebruik van medicatie die hartfalen (zie tabel) kunnen verergeren.

Geneesmiddelen die zout– en/of waterretentie veroorzaken
Acetylsalicylzuur (>3g/dag), NSAID en COX-2-inhibitoren: raad paracetamol aan in geval van symptomatische behandeling van pijn. Glitazones (pioglitazon), DDP4-inhibitor: saxagliptin (niet de overigen) Corticosteroïden Lithium Hormonale substitutietherapie of orale anticonceptiva
Geneesmiddelen die inwerken op het hartritme of hartfunctie
Calciumantagonisten :diltiazem en verapamil Anti-aritmica (flecaïnide), schildklierhormonen, TCA Moxonidine : contra-indicatie hartfalen, sick-sinussyndroom, bradycardie onder 50/min, 2e of 3e graads AV blok. Itraconazol, anti-TNF, interferonen, clozapine, pregabaline, memantine.
Zoutrijke geneesmiddelen (waterretentie)
Vermijd preparaten in bruisvorm, siropen en poeders vb mucolytica, laxativa, pijnstillers, H2-antihistaminica en antacida

Bij noodzakelijke combinatie: aan patiënt vermelden contact op te nemen met arts indien alarmsymptomen (zie verder) opkomen.

Denk hierbij ook aan OTC-medicatie (belang van registratie) !

7) De patiënt attent maken op alarmsymptomen van onstabiel hartfalen

Informeren van de patiënt over de alarmsignalen van verergering van hartfalen en, indien nodig, aanraden om de arts te contacteren bij deze alarmsignalen. Als apotheker ook alert zijn voor deze signalen.

Onmiddellijk raadplegen van de arts
Aanzienlijke verergering van de ademnood: ademnood in rust of tijdens de slaap. Aanhoudende pijn (of ongemakkelijk of benauwd gevoel of stekende pijn) op de borst.Pijn tussen het hoge abdomen, de keel, armen en schouders inbegrepen. Bewustzijnsverlies. Plotse versnelling van hartritme of verergering van de hartkloppingen (evt. met vertigo). Toegenomen zwelling van de benen, enkels, voeten of abdomen.Snelle gewichtstoename (> 2 kg in 3 dagen) ondanks normaal eetpatroon. Bij koorts, diarree of braken: kans verstoring vochtbalans waarvoor medicatie of vochtbeperking dient aangepast te worden
Er met de hartfalenverpleegkundige of arts over praten bij eerstvolgende raadpleging:
Toegenomen ademnood bij inspanningen.Nieuwe of toenemende hoest, piepende of moeizame ademhaling.Aanhoudende droge hoestDaling eetlust, nausea.Permanent gevoel van vermoeidheid en moeilijkheden om de gebruikelijke activiteiten te volbrengen. Duizeligheid (ikv ritmestoornissen of hypotensie?)

8) Patiënteneducatie over het belang van hygiënische en dieetmaatregelen.

A) Zoutbeperking

Absolute zoutbeperking is een must en ontzettend belangrijk !

Daarom: alle zoutsoorten (ook zeezout, aromazout, selderijzout,...) vermijden

Tips
Geen zout toevoegen bij de bereiding van maaltijden
Gebruik de zoutkaart: < 0,70 g zout / 100 g voedingsproduct
Vermijd bewerkte of kant-en-klare maaltijden die toegevoegd zout bevatten, voedsel uit pakjes, conserven of blik, kruidenmengelingen,...
Dranken zoals Aquarius, bouillon,... bevatten enorm veel zout
Opgepast: ook zoete producten zoals chocolade en koekjes kunnen zout bevatten
Normaal brood mag, dus de patiënt hoeft geen zoutarm brood te eten
Als alternatief voor smaak: peper, knolfook, ui, tuinkruiden,...

B) Vochtbeperking

Richtlijn is 1,5 l vocht per dag (inclusief water, koffie, soep,frisdrank,...)

Tips
Kleine kopjes en glazen gebruiken, verdeel het drinken over heel de dag
Medicijnen innemen bij de maaltijd en niet apart met een glas water
Bij een zeer warme dag met veel zweten: 1 à 2 glazen per dag meer
Best niet te veel of helemaal geen alcohol (diuretisch effect)

C) Rookstop

Stimuleer de patiënt om te stoppen met roken of verwijs hem/haar door naar een tabakoloog.

Vind een tabakoloog via https://rookstop.vrgt.be

D) Beweging

  • Stimuleer de patiënt om 30 min/dag op minstens 5 dagen/week matig aeroob te bewegen (wandelen)
  • Stimuleer de patiënt om (na doorverwijzing door de huisart) een afspraak te maken met een Bewegen op Verwijzing-coach (www.bewegenopverwijzing.be )

9) Patiënt bewust maken van de voordelen van vaccinatie

Hartfalenpatiënten zijn vatbaarder voor infecties. Samen dienen we ervoor te zorgen dat ze de nodigde vaccins krijgen, zoals het Covid-19-vaccin, een griepprik en een vijf-jarig pneumokokkenvaccin.

10) Educatie over zelfmonitoring

A) Gewicht

  • De patiënt dient zich dagelijks te wegen op een vast moment (bij voorkeur 's ochtends na het toiletbezoek en nog voor het ontbijt)
  • Baseer je op het gewicht op de eigen weegschaal thuis
  • Vul dagelijks (samen met de patiënt) het gewicht in in het hartfalendagboekje zodat u snel zicht krijgt op gewichtstoename /oedeemvorming

BELANGRIJK: Neem contact op met de huisarts wanneer de patiënt meer dan 1,5 tot 2 kg bijkomt op 3 dagen tijd.

B) Bloeddruk

  • De patiënt dient dagelijks de bloeddruk te meten (steeds al zittend nadat de patiënt 10 min rustig zit)
  • De patiënt dient dagelijks de bloeddruk in het hartfalendagboekje in te vullen.

BELANGRIJK: De laagste bloeddruk zonder dat de patiënt hier last van heeft, is de beste bloeddruk.

Ziekenhuis Apotheek

Elke ziekenhuisapotheker kan de hartfalenpatiënt optimaal begeleiden op verschillende manieren.

1) Aflevering en bereiding van geneesmiddelen

De ziekenhuisapotheker verzekert de tijdige en correcte aflevering van de door de cardioloog voorgeschreven medicatie, magistrale en steriele bereidingen zodat de continuïteit van de zorg aan de patiënt verzekerd is.

Een aangepast ziekenhuisformularium in overleg met de dienst cardiologie is optimaal.

2) Communicatie met arts en verpleegkundigen

Overleg- en adviesfunctie t.a.v. de cardioloog en de verpleging.

De ziekenhuisapotheker levert informatie in verband met prijs, dosering, toediening, interacties (zeer belangrijk bij deze patiënten met polyfarmacie) of bijwerkingen van geneesmiddelen.

Eventueel participeert hij aan het hartfalen teamoverlegof draagt hij bij aan het opstellen van het medicatieschema. Belangrijke zaken noteert hij in het medisch dossier van de patiënt.

Indien aangewezen (zeer specifieke medicatie/polyfarmacie) en in overleg met het multidisciplinaire team, zal de ziekenhuisapotheker de patiënt aan het bed informeren over het gebruik van de voorgeschreven medicatie = pharma-educatie en/of neemt hij contact op met de huisapotheker.

Bronnen

Extramuraal zorgpad hartfalen West-Vlaanderen: aandachtspunten voor de apotheker.

Zorgprotocol huisapotheker bij hartfalen - West-Vlaamse apothekersvereniging met enkele publicaties in de Baliekrant van 2019

Extramuraal zorgprogramma chronisch hartfalen. In samenwerking met Zorgzaam Leuven en LMN Groot-Leuven.

Draaiboek ‘Chronisch hartfalen’ van het Lokaal Multidisciplinair Netwerk (LMN) Antwerpen Berchem.

Opleidingsmomenten

De E-learning http://ipsabe.webhosting.be/KUL/hartfalen/index.html#/ is een echte aanrader ! Je vindt deze ook terug op uw online navormingsplatform IPSA.

Nuttige Links

Meer informatie ter duiding vindt u terug in :

  • Artikel
  • E-learning

http://ipsabe.webhosting.be/KUL/hartfalen/index.html#/ of via uw online navormingsplatform IPSA

historymenucross-circle
linkedin facebook pinterest youtube rss twitter instagram facebook-blank rss-blank linkedin-blank pinterest youtube twitter instagram